Rien Aarden passeert de erehaag van carnavalswagens waaraan hij gewerkt heeft.
Rien Aarden passeert de erehaag van carnavalswagens waaraan hij gewerkt heeft. Foto: Dennis van Loenhout

Erehaag bij afscheid Rien Aarden

Algemeen

HOOGERHEIDE – Afgelopen zaterdagochtend namen de carnavalsbouwclubs van Wjeeldrecht afscheid van de veel te vroeg overleden Rien Aarden met een indrukwekkende erehaag van de carnavalswagens waar Rien altijd zijn hart en ziel in kwijt kon.

Zou hij het hebben kunnen zien, dan zou Rien zich misschien wat ongemakkelijk hebben gevoeld over zoveel aandacht, denkt zijn zwager Vic Huijgens: “Voor Rien had dit niet gehoeven, maar van binnen zou hij trots zijn geweest.” Tussen de menigte die afscheid neemt staat Percy van Overveld, die Rien zijn “allerbeste vriend” noemt: “Minuten na mijn geboorte had Rien mij al vast”, zegt hij, “ik had na de bevalling een beetje een punthoofd, en Rien heeft me altijd lachend gezegd dat hij dacht dat dat nooit meer goed zou komen. Hij was mijn eerste en beste vriend. We deelden de liefde voor muziek, en als ik Rien zou moeten omschrijven denk ik aan een platina plaat, het hoogst haalbare in de muziekwereld. Voor Rien was platina nog niet goed genoeg, zelfs dáár stond hij nog boven. Een betere dan Rien bestond er niet.” 

Rien Aarden werd slechts 61 jaar, maar in die jaren wist hij een ongelooflijke hoeveelheid creatieve energie te proppen. Schilderen, beeldhouwen, boetseren, Rien kon het allemaal en deed het met verve. Wat Vic Huijgens betreft beleefde Rien zijn grootste succes in de Bergse carnavalsoptocht van 1994. Hij vertelt: “Toen wonnen we met zijn Bokkerijders-wagen de eerste prijs in de optocht in Bergen op Zoom. Als geboren Bergenaar vond hij dat fantastisch. Hoewel Rien een bescheiden mens was en het liefste achteraan stond en ver van de spotlight bleef, was hij ontzettend blij met die erkenning. Hij heeft trouwens ook een prachtig beeld gemaakt van Wally Sep, de voormalige Bergse Steketee. Die heeft Rien daarvoor nog onderscheiden. Rien werd bij de Bokkerijders vaak een beetje geplaagd omdat hij een Bergenaar in hart en nieren bleef. Maar hij was ónze Bergenaar, en we wilden hem nog lang niet kwijt.”

Wanneer Rien op zaterdagochtend voorafgaand aan zijn uitvaart nog één keer langs zijn woning, en langs de erehaag met carnavalswagens rijdt, denkt Percy van Overveld hetzelfde als Vic Huijgens: “Rien zou zeggen ‘doe effe normaal!’ Voor hem hoefde die belangstelling niet. Als hij iets voor je deed wilde hij nooit dat je hem bedankte. En juist daarom heeft hij het zo verdiend dat het hele dorp hem zo bedankt.”

De rouwstoet passeert de woning van Rien Aarden.