Afbeelding

Dialect: Winne/verliere 2

Algemeen

 Provinciegenoten

Zoals gewoonlijk begint Peter Borremans met de aanspreking: Beste meneer, beste provinciegenoten. Dat komt doordat hij weet, dat deze rubriek ook altijd te lezen is op de site: nlutskebrabants.nl en dat is een site voor de hele provincie Noord-Brabant.

‘Winne is winnen en verliere is verliezen.’ Peter begint altijd met de vertaling van het dialectwoord in het Standaardnederlands, zodat we weten waarover we het hebben.

Dan gaat hij door met een zegswijze: Z’emme de velle gad. Letterlijk betekent dit: Ze hebben de vellen gehad, maar er wordt mee bedoeld: Ze hebben verloren met voetballen.

Het doet me natuurlijk altijd deugd als ik merk dat mijn boek ’t Kom d’ammel goed gelezen wordt. En Peter heeft het grondig gelezen, want hij vond daarin de zinnen: ‘Van oons vaoder moes ik meej ‘n aomer op z’n duim slaoge en toen won ie de beeker.’ ‘Oons moeder wouw naomelek persee d’n jeerste zèèn die van de top van da gebouw afsprong.’ ‘Ze zegt: ‘Gezondèèd m’n kiend, en da ge mar gaauw d’onderdduuzend wient.’ (een wens nadat iemand niest). En tot slot een mededeling over mijn tonpraote in Hoogerheide: ‘Ik was daarmee behoorlijk succesvol, want ik won drie keer de eerste en drie keer de tweede prijs.’

Uit het boek Brabantse spot- en scheldnamen is afkomstig: Winner (ne winner): persoonstypering die veel geld verdient.

In het Bergs woordenboek ontdekt Peter, dat ook daar het woord ‘verliere’ wordt gebruikt voor verliezen. ‘Winne’ heeft er twee betekenissen, namelijk: 1. (groenten) verbouwen, kweken en 2. winden, bijv. Me winne die touwkes aan mekaar/mekare vast. Met die eerste betekenis kan ik het zeker wel eens zijn, want oons vaoder liet dikkels wa slaoj durschiete en wa aarte en bwoone rèèp worre om d’r zaod van te winne. En ook de tweede betekenis komt in Woensdrecht voor, bijv. m’n loozie/lozzie opwinne (mijn horloge opwinden).

Nog een vondst uit Bergen op Zoom, namelijk in het boek Retteketet: ‘En wa denkte ... ze wonne d’eerste prijs!!!’

Systematisch gaat Peter zijn dialectwoordenboeken af en hij komt nu bij het woordenboek van Halsteren:

Verliezen: Verliere(n), verlierde(n), heb verlierd. Daarnaast ook: Vlieze(n), vliezde, heb vliezd.

Verliezen, afvallen: Kwijtgeraoke(n), geraokte(n) kwijt, is kwijtgeraokt. Vleej jaor waar ‘k 10 pond kwijtgeraokt, dees jaor è’k ze wir t’ruggevonne.

Verliezen, verspelen, kwijtraken: Verspeule(n), verspulde(n), heb verspuld.

Peter vond ook nog wat uitdrukkingen:

Tegen ‘n paerd kunde nie gaope. Daor kunde ‘t toch nie van winne.

Daor etie lappe en gaore op toegegeve. Daor etie veul verlies op geleeje.

Ook in Brabantse wijsheden was natuurlijk weer iets te vinden:

As ge getrouwd bent, dan denkte da gut’t gewonne hèt, mar het zal auw nog wellis in de eugskes druppe.

Ook in het Standaardnederlands zijn er uitdrukkingen met winnen:

De winnende hand is mild (Wie goed verdient heeft ook wel wat voor een ander over).

Zo gewonnen, zo geronnen (geronnen betekent letterlijk: weggelopen).

Die winnen wil, moet wagen (Die waagt die wint).

 Zakke

Weet u nog het grapje van die Oost-Brabander, twee weken geleden, over wat je het eerst doet als je band lek is? Het antwoord was: ‘Zakke’. Volgens Peter Borremans had dat moeten zijn: ‘Plakke’. 

Ook daarover gaat hij meteen op zoek in het woordenboek van Halsteren:

Plakken: Plakke(n), plakte(n), heb geplakt

a. (overg.) ‘n Band plakke - Een band repareren.

b. (onoverg.) Hij bleef mar plakke: hij waar nie van sins om naor huis te gaon (Hij ging maar niet weg, hij was niet van plan om naar huis te gaan).

Toch gaan Peters gedachten onmiddellijk weer terug naar ‘zakke’. Maar dan als het meervoud van ‘zak’, zoals dat is beschreven in het Bergs woordenboek:

Z’n zakke vol ebbe (Dronken zijn).

De leste man de zak opgeve (Als allerlaatste vertrekken).

‘k Oor oe nog nie, al zitte n’in m’nne zak kaart te speule (Gezegd tegen iemand die maar blijft zeuren).

Tot slot keert Peter terug naar het woordenboek dat het meest bij hem hoort: Dialecten in het Zuidkwartier

Zakke: zakken, dalen. Plakke: behangen. 

Baand plakke (band repareren).

Pepier plakke (behangen).

Zo, deze keer is Peter zeer uitgebreid aan het woord geweest. Dat mag ook wel, als beloning voor al die keren dat hij bij mij een uitgebreid ‘informatiepakketje’ in de bus heeft gestopt.

Mag ik u verder namens Heemkundekring Het Zuidkwartier uitnodigen om in Museum Den Aanwas de thematentoonstelling over Scouting in de gemeente Woensdrecht (vroeger en nu) te bezoeken?

Veel plezier en tot volgende week!