Vivoo veteranen met staand middenin Piet Maas.
Vivoo veteranen met staand middenin Piet Maas.

Pedaalridders stillen honger naar de bal

Algemeen

Piet Maas/Vivoo & Johan Lammerts/Grenswachters

HUIJBERGEN/PUTTE - COVID-19 weet nog steeds terecht alle aandacht op zich gevestigd. Tussen de bedrijven door maakt men zich tot dit jaar driewerf op voor een gepast feestje. In 2021 vieren immers Vivoo (75 jaar), ODIO (90 jaar) en eeuweling Grenswachters hun jubileum! Ruim 250 jaar voetbalhistorie. Oorsprong, ontwikkeling, hoogtepunten, anekdotes, heroïsche verhalen. Ditmaal in de spotlights een tweetal pedaalridders op zoek naar nieuwe eer en glorie tussen de lijnen, Piet Maas (Vivoo) en Johan Lammerts (Grenswachters).

Zowel jubilarissen Vivoo als ook Grenswachters staan te boek als plaatselijke bolwerken. Decennia schreven geboren en getogen Huijbergenaren en Puttenaren decennia club geschiedenis. De verenigingen vormden echter ook toevluchtsoorden voor zij die hun voetbalheil elders zochten. Amoureuze beslommeringen, geknakte reputaties of hier en daar wat financieel gewin deden vele tientallen spelers voor korte of langere tijd aan de Veenbes of De Buizerd binden. Wielrenners Piet Maas en Johan Lammerts kozen voor ongebruikelijke aanvliegroutes. Uitbollen aan de bal!

Toen Piet of ‘Peer’ voor intimi Maas zich in de jaren zeventig vanuit de Wouwse contreien te Huijbergen meldde stond hij al bekend als een talentvolle wielrenner. Als achterbuurman van Gerrie Knetemann verwierf ook hij status in het wielermetier. Tot professioneel broodfietser kwam het echter niet. “Ik ben van de generatie Jan Raas, Cees Priem, Hennie Kuiper, Roy Schuiten, Gerrie Knetemann. Stuk voor stuk wereldtoppers in die tijd. Ik beschikte niet over die klasse die zij wel hadden. Toen zij een profcontract tekenden, werden mijn kansen in het amateurpeloton vergroot”, knipoogt Piet Maas (70). Vanaf 1971 behoorde Piet Maas een decennium nationaal tot de toonaangevende wielrenners. Vanuit zijn karakteristieke stijl, het hoofd net boven de rug van de concurrentie uitstekend, las hij als geen ander de wedstrijd en koos de momenten om definitief toe te slaan. Het kwam hem op talloze klassieke overwinningen te staan. In 1981 zelfs, met onder meer Ster van Bladel, Ronden van Noord en Zuid Holland en Omloop van de Braakman, tot een handvol. Op zijn top wijzigde hij na het superseizoen toch drastisch van koers en zocht aansluiting bij de plaatselijke voetbaltrots Vivoo. “Ik had ondertussen alle amateurklassiekers al twee keer gewonnen dus die uitdaging was weg. Bovendien maakte ik op mijn werk promotie waardoor er minder tijd om te trainen en wedstrijden overbleef. Voetbal vormde een mooi sportief alternatief. In mijn jeugd had ik tot mijn veertiende bij HSC en daarna nog een half seizoen bij Cluzona gespeeld alvorens ik definitief op de fiets stapte.”

Debuut

Bij Vivoo werd de nieuwkomer in de lagere elftallen gestald. Piet Maas lacht: ”Ik dacht dat ik over een berenconditie beschikte. Op de eerste trainingen werd ik echter aan alle kanten voorbij gelopen. Lopen of fietsen, blijkt toch net even iets anders te zijn. Het zou vijf (!) seizoenen duren voordat de toenmalig trainer Roger Withagen diens kwaliteiten als eerste op waarde schatte. Op 28 september 1986 voegde hij de dan 35-jarige middenvelder aan diens wedstrijdselectie voor het duel met Achtmaal toe. Het vertrouwen werd niet beschaamd. Zoals zoveel grote voetballers scoorde ook Piet Maas in zijn debuutoptreden. “Ik compenseerde een gebrek aan techniek met een enorme werklust. Van het doelpunt kan ik me nog herinneren dat spits Anton van Velthoven me voor open doel een niet te missen kans bood. Alle credits voor hem.” In de daaropvolgende seizoenen droeg Piet Maas in totaal tien maal het shirt van de Vivoo-hoofdmacht. Daarna speelde hij tot bijna zijn vijftigste zijn partijtjes bij de veteranen en had zitting in het hoofdbestuur voordat de schoenen definitief aan de wilgen gingen. “Mijn heupen begonnen parten te spelen. Ik bewaar mooi herinneringen aan mijn Vivoo-tijd. De club waar ik, onder normale omstandigheden, nog regelmatig op zondagmiddag een wedstrijdje ga bekijken.”

Krabbegat

Op het moment dat Piet Maas het peloton de rug toekeerde meldde Johan Lammerts (60) zich aan het mondiale wielerfront. De inwoner van Putte voorzien van ‘Krabbegatse roots’ ontpopte zich bij TI Raleigh en vooral Panasonic tot een gewaardeerde en enorme bruikbare renner die bij momenten zijn eigen kans pakte. Zoals in 1984 toen hij vriend en vijand in de Ronde van Vlaanderen verraste. Het jaar daarop schreef hij opnieuw historie door, na reeds een tweede plaats, in de twintigste etappe van de Tour de France wel winnend toe te slaan. Nadat hij onder meer in 1989 zijn vriend en ploeggenoot Greg Lemond nog aan de meest memorabele tourwinst ooit (8 sec voor op Laurent Fignon) te hebben geholpen, stilde Johan Lammerts begin jaren negentig zijn weer opkomende honger naar de bal bij Grenswachters. Ooit stond de huidige Teammanager bij de KNWU voor een dilemma: fietsen of voetballen? “Voetbal is mede mijn passie. Van mijn zesde speelde ik veelal als middenvelder of voorstopper acht seizoenen in de hoogste jeugdelftallen van Dosko. Daarna volgde een overstap naar Nieuw-Borgvliet. Ondertussen was ik echter ook bij de nieuwelingen op de racefiets gestapt en ook ik moest een beslissing nemen. En deze viel in het voordeel van de fiets uit.”

Tokyo

Na zijn succesvolle tijd als professional koos Johan Lammerts opnieuw voor de voetbalsport als manier om af te trainen. En Grenswachters 2 als zijn plafond. “Volgens mij heb ik nog drie of vier seizoenen lekker lopen ballen. Hoogtepunten? Ik kan me herinneren dat we eens bijna kampioen zijn geworden. We moesten de voorlaatste wedstrijd uit bij Rood-Wit spelen. Bij winst zouden we hen op de ranglijst passeren. Vlak voor tijd stonden we met 1-2 voor, waarna zij alsnog gelijk maakten. Op de slotdag wonnen we beide waardoor de titel naar Sint-Willebrord ging. Eerste elftal? Jazeker! Ik heb eenmaal op zondagmiddag de bank gezeten. Er werden namelijk net die dag elftalfoto’s genomen, dus of het allemaal serieus was weet ik niet”, lacht Johan Lammerts. De voorbije twintig jaar vertolkte Johan Lammerts diverse functies bij de KNWU. De Olympische Spelen in Tokyo moet een passend slotakkoord van een uiterst succesvolle periode worden. Als bondscoach was hij de architect achter talloze titels. Een lijn die hij, als teammanager van onder meer de BMX-ers nog een keer in het land van de rijzende zon, hoopt door te trekken. En dan? “Per 1 september stop ik. Zal even wennen zijn na al die oranje-gekleurde jaren!”

Piet Maas in actie
Johan Lammerts
Grenswachters 2 met gehurkt rechtsonder Johan Lammerts.
Piet Maas