Jan Besters en Rini Gabriëls zien dat RKSV Halsteren zelfs in coronatijd klaarstaat voor de jeugd.
Jan Besters en Rini Gabriëls zien dat RKSV Halsteren zelfs in coronatijd klaarstaat voor de jeugd.

“We zijn er gelukkig niet voor niks”

Algemeen

HALSTEREN – De voetbalsport zucht onder de beperkende maatregelen. Niet alleen in de Kuip en in de Johan Cruijff Arena, maar ook op sportpark De Beek. De jeugdafdeling van RKSV Halsteren traint voor een groot deel door, maar de vraag is “waarvoor”? En vooral “met welke gevolgen”? Er zijn veel zorgen, maar RKSV Halsteren weet: “we zijn er gelukkig niet voor niks.”

Kun je 2020 anders bestempelen dan een verloren jaar voor het jeugdvoetbal? Hoofd technische zaken jeugd Rini Gabriëls en coördinator Jan Besters buigen zich namens RKSV Halsteren – een vereniging met zo’n 400 jeugdleden - over die vraag. “In principe was het inderdaad een verloren jaar”, zegt Rini Gabriëls. “Misschien kunnen we zelfs spreken van twee verloren jaren. De competitie kon niet worden afgemaakt, de nieuwe competitie is stilgelegd. Hoe je het ook bekijkt, voor de ontwikkeling van onze jeugdspelers is dat funest. Er zijn geen wedstrijden, er is geen spanning. De motivatie is weg.”
De afgelopen jaren zette RKSV Halsteren alles op alles om spelers uit de eigen jeugd te begeleiden naar het eerste zaterdag- en zondagelftal. “We waren heel goed bezig”, zegt Jan Besters. “Onze jeugdteams draaien bovenaan mee en verslaan de beste teams. We hebben een ontzettend goede A, waarvan al vijf jongens meetrainden met de Zondag 1. Die staan nu nergens. Onze Zaterdag 1 had inmiddels in de 1e klasse kunnen spelen, maar zit nog altijd in de derde. Dat is al vervelend, maar misschien nog wel vervelender is de situatie van onze jongens die 18 zijn. Die spelen in een jeugdelftal maar mogen door hun leeftijd toch niet trainen. Binnen de vereniging accepteren we de regels, en begrijpen we dat er ergens een grens gesteld moet worden. Maar het is zuur voor die jongens dat ze in zo’n bottleneck zitten. Alle clubs zitten in hetzelfde schuitje, maar dat maakt het niet minder zuur voor onze jeugdspelers, die tot op het bot gemotiveerd waren.” Rini Gabriëls zegt: “Juist om die motivatie maken we ons zorgen. De meest gemotiveerde spelers zullen heus wel doorgaan met voetballen, maar wat gebeurt er met de rest? Blijft die voetballen? Blijft die lid van de vereniging? En welke gevolgen heeft dat voor onze teams? En voor onze vereniging? We weten het niet. Net zomin als we weten hoe we ons op de competitie van volgend seizoen moeten voorbereiden. Alles hangt af van de maatregelen en hoe die verdergaan. Wij kunnen niet wachten om weer te gaan voetballen. Liefst zonder dat onze vrijwilligers als BOA’s bij de poort moeten bepalen wie wel en niet binnen mag. We willen weer die vereniging zijn waar iedereen welkom is en iedereen zich thuisvoelt.”

Waar de regels het voor de oudere jeugd bijzonder moeilijk maken, mogen de jongere elftallen in elk geval nog trainen en onderling wedstrijdjes spelen.

"De keerzijde van alle ellende is dat het simpele feit dat ze samen kunnen voetballen geweldig gevonden wordt”, zegt Rini Gabriëls. "Onze trainers doen alles om het enthousiasme en de motivatie bij de jeugdspelers te behouden en dat doen ze fantastisch. De opkomst bij de jeugdtrainingen is goed, zelfs beter dan ooit. Als je het enthousiasme in de ogen van de kinderen op het veld ziet, en de vreugde van een groep die samen kan sporten, dan weten we: we zijn er gelukkig niet voor niks. Dat maakt heel veel goed.”