Adriënne van Thillo en Jan van der Burgt tonen hun 38 Roparunmedailles. Volgende week krijgen ze elk hun 20-ste!
Adriënne van Thillo en Jan van der Burgt tonen hun 38 Roparunmedailles. Volgende week krijgen ze elk hun 20-ste! Foto: Dennis van Loenhout

Twee Ossendrechtenaren, veertig Roparuns

Algemeen

OSSENDRECHT – Veertig Roparuns, dat betekent 80 slapeloze nachten en ruim 2500 kilometers. En dat is nog zonder alle trainingen en activiteiten om geld op te halen voor kankerpatiënten. Adriënne van Thillo en Jan van der Burgt, allebei uit Ossendrecht, starten op 19 mei hun twintigste Roparun, een prestatie die niet voor iedereen is weggelegd.

Het Roparunverhaal van Adriënne van Thillo (57) en Jan van der Burgt (62) begint ongeveer tegelijkertijd met het verhaal van Ossendrecht als leukste Roparundorp ter wereld. Met Sjef van den Bergh wist Jan van der Burgt de organisatie van de Roparun zover te krijgen van de bestaande route af te wijken en voortaan niet langs, maar dóór Ossendrecht te lopen. De rest is historie, maar voor Van der Burgt is dat nog steeds een van de meest trotse momenten uit zijn Roparuncarrière. Hij zegt: "Vanaf de eerste doorkomst is het in Ossendrecht een geweldig feest, en dat is nog steeds zo."

15 jaar lang waren Jan en Adriënne teamgenoten bij Roparunteam De L'Oslopers. Ze kennen elkaar dus goed. "Jan is een Roparunner in hart en nieren", vindt Adriënne, "hij zorgt er elk jaar weer voor om een enthousiast team samen te stellen, en te zorgen dat hij fit is!" Op zijn beurt noemt Jan Adriënne een "bikkel". "Ze is beresterk en heeft nauwelijks last van blessures. Op haar kan je rekenen." Adriënne was tijdens al haar 20 Roparuns loper in het team. Jan gaat voor de 19e keer lopen: "Eén keer hadden we een loper "over", toen heb ik mijn lopersplek ter beschikking gesteld en heb ik samen met mijn dochter gefietst", zegt hij. De Roparun zit bij Jan inderdaad in de familie, want inmiddels start hij al voor de zevende keer met zijn "familieteam", Burgt & Co. Zijn echtgenote, dochters en schoonzoons zijn actief in het team. "We zijn met tien familieleden in het team, dus ook als ik zou stoppen blijft de Roparun waarschijnlijk jaarlijks terugkeren. Maar aan stoppen denk ik nog niet."

De Roparun is meer dan hardlopen. Zowel De L'Oslopers als Burgt & Co werken het hele jaar zo hard mogelijk om een zo hoog mogelijke opbrengst te realiseren. De L'Oslopers doen dat door vogeltaarten te produceren en mosselmaaltijden te organiseren, Burgt & Co scoort vooral met haar wandeltocht en Osstival. "Het goede doel is altijd mijn belangrijkste drive geweest", zegt Adriënne. Jan voelt het net zo, maar benadrukt dat ook de sportieve prestatie een belangrijke drijfveer is: "Het doel leer je steeds beter kennen naarmate je meer ervaring krijgt. Ooit zei de echtgenoot van een kankerpatiënt tegen me dat we ons niet kunnen voorstellen hoeveel de Roparun voor patiënten betekent, dat is me altijd wel bijgebleven."

Over hun avonturen onderweg kunnen Jan en Adriënne allebei wel een boek schrijven. Toch hebben ze allebei ook één uitgesproken kippenvelmoment, dat ze zeker nooit meer zullen vergeten. "Voor mij was dat de finish van mijn eerste Roparun, toen nog in Parijs. We waren toen nog een nieuw team, dat na die tocht vrienden voor het leven was. Het beeld van volwassen kerels die elkaar onder de Eiffeltoren in de armen vallen blijft me altijd bij", zegt Jan. Adriënne's "kippenvelmoment" was van meer persoonlijke aard. "In 2004 kreeg mijn neefje Marcel van 9 leukemie, en kort daarna overleed mijn tweelingbroer in een auto-ongeluk. Ik heb dat jaar enorm getwijfeld, maar toch de Roparun gelopen, want doordat mijn neefje ineens die vreselijke ziekte kreeg was het doel dichterbij dan ooit. Bij de finish in Rotterdam zong Lee Towers "You'll never walk alone" op dat moment brak ik. Omdat ik had gelopen omdat ik voor Marcel wilde doen wat ik kon." Lees verder op pagina 13.

Jan van der Burgt en en Adriënne van Thillo zijn allebei fit en staan te trappelen om hun twintigste Roparun te starten. Meer dan ooit verheugen ze zich op het applaus in hun "thuishaven" Ossendrecht. "Het is vroeg opstaan voor het publiek, maar voor ons als deelnemers is het enthousiasme dat we zien met geen pen te beschrijven en enorm waardevol", zegt Jan. Voor Ossendrecht is het bovendien de laatste kans om te juichen voor Adriënne van Thillo, want deze Roparun wordt haar laatste. "Ik leerde speciaal hardlopen voor mijn eerste Roparun, maar na 20 jaar merk ik dat het trainen zwaarder wordt. Bovendien ben ik nu oma en gaat mijn dochter trouwen. Ik wil meer tijd hebben voor mijn gezin, voor mijn twee schatten van kleindochters en voor mezelf. Ik ga er nog één keer voor, en zal met pijn in mijn hart door Ossendrecht lopen. Ik vind het heel moeilijk, maar het is de juiste beslissing. Het waren twintig prachtige jaren. De Roparun zal altijd speciaal blijven."