Brief GBWP over kermisbeleid
AlgemeenGEMEENTE BERGEN OP ZOOM - Politieke partij GBWP heeft het college van b en w benaderd met een lijst van vragen over het kermisbeleid in de gemeente. ‘Lepelstraat moet het dit jaar maar zonder kermis stellen, gemaakte afspraken zouden niet zwart op wit staan’. Die uitspraak deed de fractie van GBWP helemaal gruwelen.
‘De gemaakte afspraken tussen de organisatie en de gemeente over stroom en toiletten zijn niet op papier gezet en daarom moeten de kermisexploitanten en de organisatie dat dan maar zelf regelen.’
GBWP : In de afgelopen jaren is hard gewerkt aan een goed en zo actueel mogelijk kermisbeleid voor zowel Bergen op Zoom, Halsteren en Lepelstraat. Dat beleid moest leiden tot het handhaven en behouden van de voorjaarskermis in Bergen op Zoom, de Halsterse Kermis en van de kermis in Lepelstraat. Er wordt zelfs gesproken over uitbreiding van de kermissen en ondersteunen met aanvullende activiteiten. Het toen opgesteld nieuwe beleid was geen vrijblijvende oefening, maar noodzakelijk om het kermisvermaak in de nabije toekomst te kunnen waarborgen. De kermis in Lepelstraat vond sinds jaar en dag plaats in het eerste weekend van augustus. Door de terugloop in aantal attracties en de aandacht van de bezoekers is de kermis al een aantal jaar gekoppeld aan de jaarlijkse braderie op Tweede Pinksterdag. Deze evenementen versterken door het dorpse karakter elkaar op ongekende wijze.
Om de kermissen in Halsteren en Lepelstraat door te ontwikkelen is er toen al gekeken naar mogelijk hogere lasten, incidenteel en structureel. De hogere kosten betroffen het realiseren van infrastructurele voorzieningen: vaste basisvoorzieningen voor stroom en water en deels op basis van inhuur incidentele voorzieningen, zoals aggregaten voor de stroomvoorziening. Deze doelstelling en de kosten werden verwerkt in de Kermisnota van 2015. Toen was al bekend dat de nodige kosten gedekt moesten worden voor het behoud van de kleine kermissen.’
GBWP is dan ook enorm verbaasd dat er nu geen kermis is in Lepelstraat tijdens de braderie op Tweede Pinksterdag. Geen kermis bij de braderie heeft een niet wenselijke doorwerking op deze combinatie’, aldus Betsy de Kock, raadslid GBWP, Tijn van Daal, burgerlid GBWP en
Maikel van Loon, steunfractie GBWP.
Zij stellen onder meer de volgende vragen: 1. Hoe is het mogelijk dat een organisatie nu pas geconfronteerd wordt met het feit dat er geen afspraken zijn over stroomvoorzieningen en toiletten? 2. De organisatie heeft zelfs na wegbezuiniging van de stroompunten gebruik kunnen maken van een aggregaat. Waarom behoort dat nu niet meer tot de mogelijkheden? 3. De samenwerking is als proef in 2012 gestart en in de kermisnota van 2015 opgenomen. De proef is als geslaagd genoteerd en voortgezet. Hoe kan het dan nu zo zijn dat er niets zwart op wit staat? Tot voor Corona is de kermis in combinatie met de braderie met succes uitgevoerd, zijn we dat nu dan al vergeten? 4. Wat is er in de notulen van B& W, dan wel de notulen van de POHO overleggen van de laatste 5 jaar over dit onderwerp opgenomen? 5. Hoe kan het zo zijn dat binnen de organisatie niemand meer iets afweet van de gemaakte afspraken? Ambtenaren kunnen ziek of vertrokken zijn, maar dat moet toch niets afdoen aan afspraken of werkwijzen uit het verleden? 6. De gevolgen van het afzeggen van de komst van de kermisexploitanten kan zorgen voor doorwerking in de toekomst als het gaat om vertrouwen in de betrokken organisatie van de braderie en de gemeente. Hoe kijk u hiertegen aan? 7. Hoe staat het met de stroompunten in het dorp? Zijn die er nu wel of niet? 8. De leefbaarheid in dorpen en kernen staat al jaren onder druk. De wijze waarop met evenementen en hun organisatoren omgegaan wordt is bepalend voor het behoud daarvan? Hoe kijkt u naar de afhandeling van deze kwestie in verband met de leefbaarheid van in dit geval Lepelstraat? 9. Zijn er afspraken gemaakt voor de toekomst om dit wel te borgen?’