Nachtzwaluw
Nachtzwaluw Foto: Ria Hogerwaard

Nachtzwaluwen

Algemeen

Nu onze Vogelwerkgroep bezig is met het inventariseren van Nachtzwaluwen, en wij een onverwacht treffen hadden, leek het me leuk iets over deze vogelsoort te vertellen. 

Het zijn geen zwaluwen, in die zin, zoals bijvoorbeeld een Boerenzwaluw. Ze zijn actief in de ochtend- en avondschemering. Nachtzwaluwen gaan tegen zonsondergang op zoek naar vliegende insecten, meestal nachtvlinders. Dat doen ze al vliegend. Op warme zomeravonden kan je ze horen als het mannetje zingt vanaf een zangpost, een ratelend, snorrend geluid. Net een snorfiets ver weg. Hij biedt je een mooi donker silhouet in de boom. Het mannetje heeft opvallend witte vleugelvlekken, die je in de schemering goed kan zien. Als onderdeel van de baltsvlucht, klappen ze met hun vleugels door de vleugeltoppen tegen elkaar te slaan. Ze doen dit ook om concurrenten of roofdieren weg te jagen. Beide geslachten maken ook een soort schorre contactroep, klinkt als goe-iek. Als het regenachtig of koud is, vliegen er weinig insecten, dan heeft een treffen minder kans van slagen. Ze zijn bruinachtig van kleur en zo mooi gecamoufleerd, dat je ze moeilijk kan zien overdag, als ze rusten. Ze zitten dan in een boom op een horizontale tak of op de grond tussen bladeren, waar ook hun nest ligt. Ze broeden van eind mei-augustus. Wil je deze vogels waarnemen, moet je er dus ’s avonds op uit. Veel natuurgebieden zijn echter niet toegankelijk na zonsondergang, maar soms kan je ze vanaf een fietspad of de openbare weg al horen.

Wij waren echte “geluksvogels” toen tijdens een wandeling in bosgebied met zandvlakten, onverwachts een vogel opvloog, die gewond leek aan een vleugel. Een vrouwtje Nachtzwaluw. Bij gevaar probeert ze de indringer bij het nest weg te houden door te doen of ze gewond is en vliegt ze een eind van de nestplaats weg. Met onze verrekijker kijken we, waar we haar zagen opduiken en er liggen onder een struik inderdaad uitgekomen eierschalen. Haar jongen moeten dus in de buurt zijn, daarom besluiten we nog verder weg te gaan om de broedplaats niet te verstoren. Van een afstand speuren we de omgeving af of we haar ergens zien zitten. We zien haar uit een boom vliegen en in een andere boom weer neerdalen. Goed kijken, want ze valt nauwelijks op en ja, daar zit ze op een tak. Van grote afstand lukt het om een goede foto te maken en daarna gaan we weg van de plek om haar weer rust te gunnen.

Ria Hogerwaard